De geschiedenis van de broers Bernard en Jaap Matz uit Scheveningen.

FacebooktwitterredditpinterestlinkedinmailFacebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Inleiding

Over de geschiedenis van de broers Bernard en Jaap Matz uit Scheveningen schreef Dennis Koopman een indrukwekkend boek. De broers wisten in de Tweede Wereldoorlog verschillende keren op het nippertje uit handen van de bezetter te blijven. Ze schuilen in Den Haag en omstreken, in Baarn, Delft en uiteindelijk op een boerderij in Schipluiden.

Van de Oekraïne naar Scheveningen

Jossif Matz werd op 9 augustus 1894 in de Oekraïne geboren. In 1911 verliet hij zijn geboorteland en kwam uiteindelijk in Den Haag terecht. Jossif was opgeleid tot fotograaf. Hij begon in Den Haag in het Benoordenhout aan de Breitnerlaan een fotozaak. Er was een goede samenwerking met een andere bekende Haagse fotografenfamilie, namelijk met de familie Hijmans van fotohandel HAFO. De samenwerking was zo goed dat Jossif in 1927 Kaatje Hijmans ten huwelijk durfde te vragen, die positief reageerde. Jossif verhuisde met echtgenote Kaatje naar de Badhuisweg in Scheveningen. In Den Haag werden de zonen Bernard (16 juli 1928) en Jaap (21 juni 1930) en de dochter Bijnja (8 april 1935) geboren.

Vanaf 1934 wonen de gezinsleden op het adres Badhuisstraat 101a.

Ondergedoken

Na het uitbreken van de oorlog veranderde het leven van de Joodse familie Matz. Zij kregen te maken met tal van anti-Joodse maatregelen van de Duitse bezetter. De kinderen mochten niet meer hun eigen school bezoeken, Bernard moest naar een speciale middelbare school voor Joodse leerlingen: het Joods Lyceum in de Fisherstraat.  De jongere Jaap en Benija gingen naar de Joodse lagere school in de Duinstraat

In augustus 1942 besloot de familie Matz onder te duiken. De broers bleven bij elkaar. Tijdens de oorlog verbleven zij op een tiental onderduikadressen, in Den Haag en omstreken, in Baarn, bij de Delftse familie Stolte die een populaire kermisattractie had  (‘De eerste Hollandsche Steilwand Motorduivels’), en ten slotte bij een boerengezin aan de Rijksstraatweg 16 in Schipluiden. Bij deze familie Van Vliet waren de jongens de laatste anderhalf jaar van de oorlog.

Na de oorlog  bleek dat hun ouders en jongere zusje de oorlog niet hebben overleefd.

Na de Tweede Wereldoorlog

Eind jaren veertig emigreerden de broers Bernard en Jaap Matz naar Israël. Zij bleven daar wonen, veranderden hun voornamen in Dov en Josef, trouwden, kregen kinderen en kleinkinderen.

De familie van Vliet werd  op 28 januari 1982 in Amsterdam voor de hulp aan beide jonde jongens door Yad Vashem onderscheiden met de Medaille der Rechtvaardigen. Als dank voor de bijzondere hulp van de gezinsleden van de familie Van Vliet hebben Bernard en Jaap Matz op 18 april 1989 in de Tuin van de Rechtvaardigen op het terrein van Yad Vashem voor hen een gedenkteken geplaatst en een boom geplant.

Het boek Stille helden. De oorlogsgeschiedenis van twee Joodse broers, geschreven door Dennis Koopman is bij hem te bestellen: stillehelden@denniskoopman.nl