De oude Portugese synagogen in Den Haag

FacebooktwitterredditpinterestlinkedinmailFacebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Inleiding

Vanaf het begin van de 17de eeuw woonden er Joden in Den Haag. Voordat in 1726 de Portugese synagoge aan de Prinsessegracht werd geopend kwamen de Portugese of Sefardische Joden van Den Haag in andere gebouwen in Den Haag bijeen. Informatie over synagogen vinden wij vanaf het laatste kwart van de 17de eeuw.
Een verhaal over de oude Portugese synagogen van Den Haag.

Synagoge van Jahacob (Jacob) Abenacar Veiga aan het Lange Voorhout 60

Bierkade – Wagenstraat – Casuariestraat – Voorhout

Jahacob (Jacob) Abenacar Veiga begon omstreeks 1694 een herberg aan de Bierkade. Veiga was een leerling geweest aan de jesjiva (talmoedschool Jeshiba de Los Pintos) van Abraham de Pinto in Rotterdam. Aan de Joodse kinderen in Den Haag gaf Veiga Hebreeuwse les.
In zijn logement overnachtten vaak Joodse reizigers uit Amsterdam en uit andere plaatsen. Doordat in de herberg van Abenacar Veiga vaak voldoende Joden waren om met minjan (het vereiste aantal van tien mannelijke meerderjarige Joden)  te kunnen bidden, besloot hij een groot vertrek in zijn woonhuis in te richten om daar op feestdagen en sabbat godsdienstige bijeenkomsten te kunnen houden. Vooral zijn echtgenote Hanah Namias de Castro, dochter van de arts Namias de Castro uit Hamburg, was een groot voorstander van de inrichting van een synagoge.

De Bierkade (links) omstreeks 1750, gezien naar het Spui. Penseeltekening van Jan ten Compe –
collectie Haags Gemeentearchief

Abenacar Veiga maakte in de gebedsruimte een afscheiding waar de vrouwelijke gelovigen konden plaatsnemen, een hechal (kast voor de torarollen) en een katheder. Hij kocht kroonluchters en wandverlichting.  Anderen schonken tora-rollen. En zo begon de synagoge aan de Bierkade, die niet alleen door Sefardische Joden werd bezocht, maar ook door Asjkenazische of Hoogduitse Joden. Als chazan (voorzanger) trad Abenacar Veiga zelf op.
In 1703 verhuisde Abenacar Veiga met logement en synagoge naar de Wagenstraat. Een derde verhuizing vond vijf jaar later plaats. De meeste Sefardische Joden woonden in de buurt bij het Voorhout, daar vestigde Abenacar Veiga zich in de Casuariestraat met logement en synagoge.
De synagoge bloeide. Het aantal kerkgangers nam toe. Moshe, de zoon van Abenacar Veiga, werd benoemd tot sjammes (koster). Op 15 april 1709 werd Honendal (Steun der Armen) als nieuwe naam voor deze synagoge in gebruik genomen.

Verhuizen hoort bij de voorgeschiedenis van Honendal. In 1711 werd het logement van Abenacar Veiga met synagoge verplaatst naar Lange Voorhout 60. Toen dit huis werd verkocht, besloten de leden van Honendal een woonhuis vijftig meter verderop aan het Lange Voorhout 50 te huren. In dit gebouw is thans de Spaanse ambassade gevestigd. Antonio of Isaac Lopes Suasso liet in 1716 voor deze synagoge een mooie hechal (kast voor de torarollen) maken. Delen van de hechal van het Voorhout, de gebogen zijkanten en het middenstuk, zijn gebruikt voor de nieuwe torakast aan de Prinsessegracht.

Abenacar Veiga bleef tot op hoge leeftijd chazan. Hij overleed op 13 februari 1725. In 1724 was Daniel Cohen Rodrigues als zijn opvolger gekomen.

 

Synagoge van Jahacob (Jacob) Abenacar Veiga aan het Lange Voorhout 50

Hechal in de synagoge aan de Prinessegracht, schenking in 1716 aan de gemeente Honendal door Isaac Lopes Suasso –
collectie Haags Gemeentearchief

Interieur van de synagoge Jacob Pereira –
gravure van B. Picart, collectie Haags Gemeentearchief

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De synagoge van Jacob Pereira

De welvarende Joodse koopman Jacob Pereira had op 1 maart 1690 het huis van Eustachius, heer van Bronckhorst, gekocht voor 10.000 gulden. Dit woonhuis stond aan het Korte Voorhout, ongeveer op de plaats waar nu de Koninklijke Schouwburg staat. In de eerste jaren was er in zijn woning een huissynagoge. De Joodse gemeente die in het huis van Jacob Pereira bijeenkwam droeg de naam Beth Jacob (Huis van Jacob). Ook deze synagoge werd bezocht door Sefardische en Asjkenazische Joden. In 1707 liet Jacob Pereira een aparte synagoge naast zijn huis bouwen.
De gemeente bleef tot 1743 zelfstandig. Synagoge Beth Jacob werd in 1743 gesloten en is in dat jaar verenigd met Honendal.

Honendal aan de Prinsessegracht

De nieuwe synagoge aan de Prinsessegracht in 1729 – collectie Haags Gemeentearchief

Op 5 september 1724 besloot de gemeente Honendal een nieuwe synagoge te bouwen. Een verzoek om toestemming werd aan het bestuur van Den Haag gezonden. Op 22 november 1724 kon het bestuur van Honendal aan de gemeenteleden meedelen dat die ook verleend was. Het grote nieuws kon op 18 februari 1725 aan de gemeenteleden worden verteld: er was een mooi stuk bouwgrond voor de synagoge gevonden tegenover de Koekamp (aan de huidige Prinsessegracht). De ontwerptekeningen werden alom geprezen. Op 16 april 1725 werden de eerste stenen voor de nieuwe synagoge geplaatst.
In 1726 verhuisde Honendal naar de de Prinsessegracht. De grote feestdag was op 9 augustus 1726. Op die dag vond de inwijding van de nieuwe synagoge aan de Prinsessegracht plaats.

Pas in 1743 kwamen ook de gemeenteleden van Beth Jacob naar de Prinsessegracht. De synagoge Beth Jacob ging daarna verder onder de naam Honendal.

 

Verder lezen

J.H. Buzaglo, ‘Bijdragen tot de geschiedenis der Portugeesche Israëlieten en hunner gemeenten te ’s-Gravenhage van ca. 1690 tot ca. 1730, in: Jaarboek van de Geschiedkundige Vereniging Die Haghe 1939 (1940), p. 26-111.