In den fruitboom – de familie Perlman in Scheveningen (1920-1940)

FacebooktwitterredditpinterestlinkedinmailFacebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Inleiding
Begin deze maand ontving de Stichting Joods Erfgoed Den Haag een email uit de Verenigde Staten van Paul Spirgel met een verzoek om meer informatie over zijn familie: ‘My grandmother, Therese Perlman and family were residents of Scheveningen, before WW2, her family owned a fruit shop on Arnhemstraate, Den Fruit Boon. I was wondering if how I could find information about the family.’
En daar startte een zoektocht waarbij Scheveningers hulp boden.

‘In den Fruitboom’, bakkerij, groente- en fruitwinkel van de familie Perlman aan de Arnhemsestraat 21 in Scheveningen –
foto collectie Haags Gemeentearchief

De Perlman-familie komt naar Scheveningen
In oktober 1920 vestigde de familie Perlman zich vanuit Praag in Den Haag. Abraham Perlman, de overgrootvader van Paul Spirgel, was een ware wereldreiziger. Hij reisde van Polen, naar de Verenigde Staten, daarvandaan naar Praag en vestigde zich uiteindelijk in 1920 met zijn grote gezin aan de Rotterdamsestraat 33 in Scheveningen. Daar woonde de familie tot 1923. Korte tijd waren de gezinsleden gehuisvest aan de Katwijkstraat 34, totdat in 1924 een winkel-woonhuis aan de Arnhemsestraat 21 kon worden gehuurd van de Coöperatieve Vereniging De Volharding. De eerste jaren verdiende Abraham de kost als broodbakker.
Overal waren er in Scheveningen winkels met Joodse eigenaren, zoals slagerij Parfumeur in de Stevinstraat, de modezaken van Van Leeuwen ook al aan de Stevinstraat en die van Laufer aan de Bosschestraat , de fotozaak van Jossif Matz aan de Badhuisstraat, de tabakszaak van Kats aan de Amsterdamsestraat of Het Parfumhuis van Abraham van Leeuwen aan de Gentsestraat. Daar kwam in 1924 aan de Arnhemsestraat 21 de bakkerij van Perlman bij.

Het gezin Perlman-Rubin
Abraham Markus (Amchel) Perlman, geboren op 24 september 1879 in Wiliczka (Wieliezka bij Krakau) in Polen. Hij huwde in 1902 in Massachusetts met Fanny Rubin, geboren op 4 oktober 1883 in New York.
Abraham en Fanny Perlman-Rubin kregen negen kinderen:
– Hannah Stephanie, geboren op 12 maart 1904 in Boston. Zij huwde op 16 januari 1929 met Mano Friedmann, geboren op 10 september 1906 in Tiha Bârgâului in Roemenië. Hij was oorspronkelijk een diamantbewerker, maar ging in Nederland aan de slag als winkelier.
– Stefina (Stephanie), geboren op 30 oktober 1905 in Boston. Zij huwde op 10 september 1930 met Chaskel Berglas, geboren op 2 maart 1903 in Ryglice bij Tuchow in Polen.
– Henry, geboren op 30 september 1909 in Boston, effectenmakelaar. Hij huwde op 27 oktober 1937 met Toni Israel, geboren op 27 augustus 1907 in Frankfurt am Main.
– Therese (Theresia), geboren op 4 oktober 1912 in Boston
– Samuel Meijer, geboren op 26 februari 1915 in Praag
– Ella (Ela), geboren op 10 december 1920 in Den Haag
– Marie (Marion), geboren op 1 februari 1923 in Den Haag
– Mozes, geboren op 1 februari 1923 in Den Haag
– Jichok Kasiel (Isaac), geboren op 21 januari 1925 in Den Haag

In Scheveningen en in Antwerpen
Waarschijnlijk waren de Scheveningse bakkersinkomsten van Abraham Perlman te gering om daarvan het grote gezin te onderhouden. Zijn echtgenote Fanny en dochters Hannah en Stefani besloten in ieder geval in het najaar van 1924 naar Antwerpen te verhuizen om daar te gaan werken en wat geld te verdienen. De oudste dochter Hannah begon een fruithandel aan de Lange Kievitstraat 74. Moeder Fanny en dochter Stefani stonden achter de toonbank in hun kruidenierszaak aan de Hovenierstraat 40. Ook Mano Friedmann, de Roemeense verloofde en de later echtgenote van Hannah, hielp vanaf 1928 mee in de winkel van zijn schoonmoeder.

Vreemdelingendossier Antwerpen. Briefje van Fanny Perlman voor haar aanstaande schoonzoon Manno Friedmann om hem toe te laten tot Antwerpen, 1928 –
Felixarchief, Antwerpen

Om Abraham bij te staan keerden omstreeks 1930 alle familieleden terug uit Antwerpen. Schoonzoon Mano Friedmann opende aan de Prinses Mariannelaan 282 in Voorburg een gecombineerde bakkerij, groente- en fruitwinkel. Als pakkende naam kreeg de zaak de naam ‘In den Fruitboom’ mee. Schoonvader Abraham moet de leverancier van het verse brood zijn geweest.

Advertentie in Ha’amoed – De vuurzuil, tweewekelijkse krant voor Joods Den Haag, 1932

Het idee van Mano Friedmann scheen aan te slaan. Abraham Perlman besloot daarom van de Arnhemsestraat 21 in Scheveningen ook een ‘fruitboom’-winkel te maken.
In de krant Ha’amoed-De Vuurzuil, het Joodse weekblad voor Den Haag, adverteerde Perlman in 1933:

lndien gii ’t een of ander hebben moet . . . . .
Ons BROOD is versch, ons FRUIT is goed!

’In den Fruitboom’
A. PERLMAN
Arnhemschestraat 21 – Telefoon 552284
Het adres voor Scheveningen.

‘In den Fruitboom’ , nieuwe winkel van de familie Perlman aan de Gentsestraat 20 in Scheveningen, omstreeks 1933. Voor de deur van de winkel staan v.l.n.r. Tony Perlman-Israel, Henry Perlman en Therese Perlman –
foto afkomstig van Paul Spirgel

 

De zaak liep goed en kon worden uitgebreid. In 1933 begon Abraham Perlman aan de Gentsestraat 20 een nieuwe Scheveningse fruitboom-winkel. De foto is waarschijnlijk bij de opening gemaakt. Voor de deur staan Abraham Perlman, zijn echtgenote Fanny Perlman-Rubin en hun dochter Therese.

In de Joodse gemeenschap van Den Haag en Scheveningen
Het gezin Perlman bezocht de synagoge aan de Havenkade 19 in Scheveningen. Daar was Abraham chazan (voorzanger). De kinderen gingen in Scheveningen naar school en de jongens speelden in Den Haag bij de Joodse voetbalclub De Ooievaars.

Aanvraag uitreisvisum naar de Verenigde Staten door Therese Perlman, september 1939 –
afkomstig van haar kleinzoon Paul Spirgel

De vlucht naar Amerika
Na de opening van de Fruitboomwinkel aan de Gentsestraat leek een zonnige toekomst aangebroken. Helaas rukte het nazibewind steeds verder op, totdat ook Nederland in mei 1940 werd bezet. De familie Perlman maakte al voor de oorlog plannen om het land te verlaten. In december 1937 plaatste de familie Perlman een advertentie in de Haagsche Courant waarin veel geld werd geboden voor goud, zilver en diamanten. Het is goed mogelijk dat dit bij de voorbereidingen voor het vertrek hoorde.

Advertentie in de Haagsche Courant van 3 december 1937. De familie Perlman wil goud, zilver en diamanten opkopen. Wordt de vlucht naar Amerika al voorbereid?

 

Veel leden van het gezin Perlman hadden een Amerikaans paspoort en konden daarmee uitreizen naar hun geboorteland. Samuel Meijer Perlman, Henry Perlman, Toni Perlman-Israel, Mano Friedmann, Hannah Friedmann-Perlman en hun kinderen vertrokken als eersten naar de Verenigde Staten. Zij bereikten de veilige haven van New York tussen 1938 en de aanvang van de Tweede Wereldoorlog in Nederland.
Maar lang niet iedereen was op tijd weg. Het verkrijgen van het visum voor de Poolse Chaskel Berglas, de echtgenoot van Stefina Perlman, had meer voeten in de aarde. Toen dat document eenmaal was afgegeven, was de oorlog al uitgebroken. En toen moest ook nog een uitreisvisum worden geregeld. Paul Spirgel schreef daarover dat één verhaal nog steeds wordt verteld in de Perlman-familie. Zijn oma Therese ging op de fiets naar het nazi-hoofdkwartier in Den Haag om te onderhandelen over het visum. De nazi-medewerker eiste van haar hem te kussen, voordat hij die voor Chaskel wilde afgeven. Zijn oma kreeg ook lang na de oorlog nog koude rillingen aan die herinnering.
De laatste leden van de familie Perlman konden samen met Chaskel Berglas in het najaar van 1940 vanuit Lissabon uitreizen. Het was een moeilijke reis. Uiteindelijk wist men via Berlijn (!) Portugal te bereiken. Daarvandaan vertrokken in november 1940 met het schip Exeter de laatste gezinsleden naar de Verenigde Staten. In Life Magazine van 29 april 1941 is een foto opgenomen van de vertrekkende familie Perlman vanuit de haven van Lissabon naar de Verenigde Staten.

‘The lucky few board ship. About 40.000 refugees in Lisbon want to come to the U.S.’. Op de foto in Life Magazine staat uiterst recht Therese Perlman, de dame in het midden is Fanny Perlman-Rubin, links met de ronde koffer is waarschijnlijk Abraham Perlman –
Life Magazine, 28 april 1941

Met dank aan Danny Verbaan en Paul de Kievit

Bronnen:
Informatie van Paul Spirgel, kleinzoon van Therese (Theresia) Perlman

Bevolkingsregister, Woningkaarten, Haags Gemeentearchief

Vreemdelingendossiers, Felixarchief Antwerpen

NIOD (Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie, Amsterdam), collectie 94f, Collectie dossiers afkomstig uit de archieven van de Omnia-Treuhandgesellschaft m.b.H., de Deutsche Revisions- und Treuhand A.G. (Zweigniederlassung Den Haag) en de Wirtschaftsprüfstelle

Passengers information Ellis Island 

Delpher.nl, de krantenwebsite van de Koninklijke Bibliotheek

Ha’amoed – De Vuurzuil, veertiendaagsch orgaan voor Joodsch Den Haag (1932-1940)

William D. Bayles, ‘Lisbon: Europe’s bottleneck’, in: Life Magazine (28 april 1941) p.76-87

Gökhan Murtezi, Joods Den Haag: Een beeld van joodse winkeliers tussen 1919 en 1931 (Erasmus School of History, Culture and Communication & Haags Gemeentearchief 2013)

Wim Willems, Hier woonden wij. Hoe een stad zijn Joodse verleden herontdekt (Den Haag 2015)
NB In dit boek dat over Joods Scheveningen gaat, wordt de familie Perlman slechts in een bijzin genoemd. De informatie kan echter niet juist zijn. Het Pesach-contract van 1 april 1942 kan niet door Abraham Perlman op die datum zijn ondertekend, omdat deze toen al anderhalf jaar in de Verenigde Staten verbleef.