
Edwin van Baarle deed ter gelegenheid van Yom HaShoah2016 en 2017 onderzoek naar de Joodse familie Abrahams die in zijn straat – de Van der Parrastraat in het Bezuidenhout – woonde en naar Eddy de Wind uit Den Haag.
Het Haags Historisch Museum organiseert van 2 juli tot en met 13 november een grote tentoonstelling over de geschiedenis van Joods Den Haag.
Naast stukken uit het Haags Gemeentearchief en de eigen museumcollectie zijn bijzondere voorwerpen te zien van particulieren en uit de collecties van de Haagse Liberaal Joodse Gemeente en de Nederlands Israëlitische Gemeente Den Haag. Ook geeft het Joods Historisch Museum een groot aantal objecten in bruikleen.
Op donderdagmiddag 26 april presenteerden auteurs Paul Vigeveno en Jan Stoutenbeek in het Joods Historisch Museum hun ‘Gids van joods erfgoed in Nederland’. Per streek en plaats beschrijven zij vele gebouwen, monumenten, plekken en objecten die te maken hebben met de Joodse cultuur, religie en geschiedenis in Nederland.
In een woonhuis aan de Haagse Denneweg trof historicus Hans Pols een koffer aan met foto’s, correspondentie en andere papieren afkomstig van Ies Bachrach (1914-2000). De documenten dateren uit de periode september 1942 tot en met 1945 en beschrijven de vlucht van de Joodse Bachrach uit bezet Nederland en de tijd dat hij als vluchteling in Zwitserland verbleef.
Na de Nederlandse capitulatie op 14 mei 1940 probeerden veel Joodse gezinnen op het allerlaatste moment via de haven van Scheveningen te ontkomen naar Engeland. Vissers wilden niet uitvaren. Vier studenten, die zich wilden aansluiten bij het Britse leger, weten de reddingsboot Zeemanshoop te stelen. Ook anderen wilden mee. Met meer dan veertig personen, de meeste Joden, verlieten die dag om negen uur ’s avonds de Scheveningse haven.
De NIG Den Haag toonde op 9 juli aan vertegenwoordigers van de Haagse gemeente, de provinciale en de landelijke overheid het nieuwe CHAJ – Centrum voor Haagse Jiddisjkeit, het centrum ‘waar het verleden tot leven komt in het heden’. Het Haags Gemeentearchief is betrokken bij de permanente historische tentoonstelling in het centrum.
De bekendste Joodse krant in Den Haag was Ha’amoed – de Vuurzuil. Tussen 1931 en 1940 werd dit blad bij vele Joodse huishoudens in Den Haag bezorgd. Een belangrijk informatiebron voor de geschiedenis van vooroorlogs Joods Den Haag is het blad Ha’amoed – de Vuurzuil, dat in de jaren dertig van de vorige eeuw iedere twee weken verscheen.
De sluiting op 2 april 1993 van de winkel in kosjere levensmiddel van Mouwes gaf aan velen het gevoel dat hiermee het laatste stukje van de oude Joodse ‘Buurt’ van Den Haag was verdwenen. Het winkeltje op de hoek van de Gedempte Gracht en de Bezemstraat was een begrip voor Joodse en niet-Joodse Hagenaars.
Op 29 september 2013 vond in het kader van de European Day of Jewish Culture de Dag van de Joodse Cultuur in Den Haag plaats. De speciaal voor deze dag uitgebracht brochure ‘Joods Erfgoed Den Haag’ voerde wandelaars onder andere langs het winkelpand van het voormalige Modehuis Gerzon in de Venestraat.
Aan de Harstenhoekweg in Scheveningen woonden omstreeks 1935 enige tientallen Joodse families. In 2003 trof de eigenaar van het woonhuis aan de Harstenhoekweg 111 in de kelder onder zijn woning tijdens verbouwingswerkzaamheden enige honderden documenten aan van drie Joodse families. Voordat de gezinsleden van deze families waren ondergedoken of gedeporteerd, hadden zij in de kelderruimte van het pand aan de Harstenhoekweg de documenten proberen in veiligheid te brengen.
Joodse handelsreizigers, migranten, toeristen, pensiongasten of andere passanten wilden tijdens hun reizen verblijven in hotels, waar men zeker was dat het logement onder rabbinaal toezicht stond en het voedsel koosjer was. Wanneer je de vooroorlogse advertenties in het Nieuw Israëlitisch Weekblad (NIW) bekijkt, zie je dat er een heel netwerk van Joodse hotels in Nederland, België en Duitsland bestond. Hotel Kiek op de hoek van de Bierkade was één van de koosjere hotels in Den Haag.